5 april 2023

A15-tussenuitspraak en de 25 kilometer afkap: piekbelasters verder onder druk

Met de Raad van State stikstofuitspraak over de 25 kilometer-afkap wordt de politieke knoop nog verder aangetrokken. De wetenschap zegt unaniem dat verreweg de meeste stikstofemissies neerslaan buiten de 25 kilometercirkel rond een bron. In een vergunningbesluit telt de neerslag buiten de 25 kilometer-cirkel rondom een nieuw project nu niet langer meer mee. De vergunningaanvragers zijn hiermee ontslagen van de verantwoordelijkheid voor de emissies buiten de 25 kilometer cirkel. Deze verantwoordelijkheid is nu verplaatst naar het openbaar bestuur, kortom een waterbed-effect. Dit betekent ook dat de stikstofneerslag buiten de 25 kilometer-cirkel niet langer door de initiatiefnemer hoeft te worden gemitigeerd, bijvoorbeeld middels externe saldering. Serieus probleempje: stikstofdeposities kunnen hiermee dus ook weer – en zelfs fors – toenemen, waar die nu juist fors dienen te dalen. Het directe gevolg hiervan is dat de piekbelasters nog verder onder druk komen te staan, omdat de reductie opgave voor een nog groter deel op de schouders van die piekbelasters komt te rusten. Door de 25-km afkap zullen meer bedrijven hun vergunningen moeten inleveren. Dit laatste zal veel mensen tot nu toe zijn ontgaan.

In de pers is het A15-project al vaak genoeg uitgelegd. Het gaat om de verlenging van de A15 voor een aansluiting met de A12 bij Duiven / Zevenaar. Daarbij zou ook een brug worden gebouwd over een Natura 2000 gebied (Rijntakken) waar eerder een treintunnel is aangelegd, juist om de natuur te ontzien. Door het extra auto- en vrachtverkeer zullen de stikstofdeposities regionaal aanzienlijk toenemen.

Appellanten stellen dat de beoordeling van de stikstofdeposities rammelt, onder meer omdat de stikstofneerslag buiten de 25 kilometercirkels buiten beschouwing zijn gelaten. De 25 kilometer afkap is omstreden, onder andere omdat hierbij geen onderscheid wordt gemaakt tussen NOx (stikstofoxiden) en NH3 (ammoniak). NOx verspreidt zich veel verder dan NH3. Kortom, een veel groter deel van de NOx emissies komt buiten de 25 kilometer cirkel terecht dan van de NH3 emissies. En, naarmate sprake is van een grotere emissiebron (Tatasteel, Yara, Schiphol) zijn de gevolgen voor natuur buiten de 25 kilometer veel groter dan die van een relatief kleine emissiebron. Daarom ligt het niet voor de hand om zowel bij megabronnen als bij kleine bronnen dezelfde afstand-afkap te hanteren. Toch wordt nu geaccepteerd dat ongeacht de soort emissie en de omvang van de emissiebron de beoordeling mag worden beperkt tot de eerste 25 kilometer rond de bron.

Dit serieuze bezwaar tegen deze uniforme afkap wordt door de rechter met toch treurig weinig woorden opzij geschoven (rechtsoverweging 33):

Op basis van de nu beschikbare inzichten is het volgens de minister niet mogelijk om binnen de 25 km een differentiatie te maken in maximale rekenafstanden naar type emissiebron. Daarom wordt voor alle typen bronnen een rekenafstand van 25 km aangehouden. De Afdeling ziet in het betoog van appellanten geen aanknopingspunten dat de minister de specifieke bronkenmerken had moeten betrekken bij het bepalen van de rekenafstand.

Daarnaast speelt de kwestie: waarom dan de grens bij 25 kilometer te stellen, en niet bij 15 of 40 kilometer? Hiervoor is geen goede wetenschappelijke onderbouwing te geven. Willlekeur in een vergunningbesluit is meestal fataal. Dit en vele andere punten wordt door de Raad van State in ruim 50 pagina’s aan de kant geschoven, sommige argumenten uitvoerig en voldoende overtuigend maar soms ook minimaal en ontoegankelijk. Met als eindoordeel dat de 25 kilometer afkap voldoende deugdelijk wetenschappelijk is onderbouwd. Zie uitspraak. Voor een korte samenvatting door de persrechter, zie hier. Tegen dit oordeel kan in principe niet meer worden geprocedeerd. Hooguit zou met nieuwe wetenschappelijke inzichten een nieuwe stormloop kunnen worden ondernomen in een andere zaak waarin de 25 kilometer-afkap een rol speelt. Maar dan zal wel een heel serieus inhoudelijk verhaal moeten worden ingeleverd. De lat ligt hoog.

Nu de 25 kilometer afkap tenminste voorlopig een feit is, wat zijn daarvan de gevolgen? De noodzaak van een tijdige emissiereductie blijft ongewijzigd. Wat wel wijzigt is dat de stikstofreductieplicht voor een nog groter deel op de schouders van de overheid komt te rusten, en dat ook de depositietoenames buiten de 25 kilometer-cirkels zullen moeten worden gedekt. De enige zekere weg naar de noodzakelijke reducties is het opheffen van emissiebronnen. Kortom, het innemen van vergunningen.

Voor ondernemers staan vergunningen gelijk aan bedrijfskapitaal. Daarom kan met volle zekerheid worden uitgesloten dat vergunningen op grote schaal vrijwillig zullen worden ingeleverd en/of wordt meegewerkt aan uitkoop. Zie ook recent onderzoek NRC-onderzoek, zie link (betaalmuur). Korte samenvatting van het artikel: De boeren die de meeste stikstofbelasting in natuurgebieden veroorzaken, zijn zelden van plan zich te laten uitkopen. Hierbij komt dat uitkoop voor de belastingbetaler niet enkel meervoudig duurder is dan het enkel innemen van vergunningen. Uitkoop betekent ook dat de overheid eigendom zou worden van grote oppervlakten agrarische gronden en bedrijfspercelen. Bij mijn weten is de overheid geen agrarische mega-ondernemening. Wat moet de overheid met al die grond?

Enkel politieke clowns kunnen nog serieus volhouden dat de noodzakelijke reducties op vrijwillige basis realistisch is. Hoe eerder de beleidsregel voor het innemen van vergunningen wordt afgekondigd hoe meer tijd ondernemers kan worden gegund zich hier rustig op voor te bereiden. In de beleidsregel zullen criteria moeten worden genoemd om vergunningen in te nemen, en zullen die criteria moeten worden onderbouwd. Zoals ook de keuze voor de 25 kilometer afkap moest worden onderbouwd. Naarmate langer wordt gewacht met die beleidsregel kan aan ondernemers minder voorbereidingstijd worden gegund om het bedrijfsvoering te staken. Naarmate langer wordt gewacht met die beleidsregel wordt bewust het risico genomen dat innemen van vergunningen een veldslag wordt.

Het wordt nu ook hoog tijd om partijen die robuuste reductiemaatregelen blokkeren rustig en scherp verantwoordelijk te stellen voor de maatschappelijke en ecologische schade die het gevolg is van nietsdoen. De bouwimpasse en natuurschade door stikstof gaat elke dag meer knellen. De kwestie gaat behalve over stikstof ook over het inperken van de speelruimte voor politieke clowns, die niet willen begrijpen dat verziekte natuur gelijk staat aan verziekt leven.

Tot slot de vraag: kan met de Raad van State tussenuitspraak nu de A15 worden verlengd? Het antwoord is nee. Het gaat om een tussenuitspraak, wat betekent dat de zaak nog niet klaar is. De bestuursrechter heeft nu enkel iets gezegd over de neerslag van de emissies buiten de 25 kilometer-cirkels. Nu ligt nog de vraag open of ook de stikstofdeposities binnen de 25 kilometer cirkels voldoende zijn beoordeeld. Op die vraag zal binnen 6 tot 12 weken een uitspraak mogen worden verwacht.

A15-tussenuitspraak en de 25 kilometer afkap: piekbelasters verder onder druk