14 april 2024

Over de koeien van minister Adema en ander stikstofnieuws

Het stikstofnieuws raakt wat meer op de achtergrond. Maar ondertussen gebeurt er van alles. En juist dan is het zaak goed op te letten. Bovendien is veel stikstofnieuws incidenteel en/of eenzijdig. Hieronder een verzameling van tien punten. Daarmee bent u weer redelijk actueel.
 
1. Een vermoeide minister Adema vindt in zijn nadagen toch iets over de melkveehouderij  
2. Een nieuw boek over stikstof
3. LTO kiest een nieuwe voorzitter 
4. Een vervolgstap in de gebiedsplannen (NPLG)  
5. De A15-uitspraak; Nederland van het juridische slot, schade woekert voort 
6. De rechtszaak over de verbouwing van het Binnenhof 
7. Een rechtszaak over een valse PAS-melder
8. Een civiele rechtszaak over stikstof
9. Honderden boerenrechtszaken tegen de natuur    
10. Tot slot: het NSC met twee gezichten

Bij deze punten wat ordening en duiding, en – onvermijdelijk – wat kritische noten.
 
1. De koeien van minister Adema 
Het is goed te begrijpen dat minister Adema van Landbouw zwaar vermoeid is. Hij krijgt niets voor elkaar. Hij is ongetwijfeld een heel aardige man. En dat is precies het probleem. Als je in de agrarische sector wat gedaan wil krijgen dan moet je direct stevig gaan staan, en blijven staan. Dan krijg je het noodzakelijke respect, een absolute voorwaarde om wat gedaan te krijgen. Nu komt hij in zijn nadagen als minister plotseling zeggen dat ie maximaal 3 koeien per hectare wil. In jargon: een graslandnorm van 0,35 hectare per GVE. En let op: per 2032 ! Adema wil nu beginnen met een graslandnorm van 0,2, dus 5 melkkoeien per hectare, en dan stapsgewijs in 2032 naar 3 koeien per hactare.

Een groep van deskundigen en prominenten stuurden Adema en Van der Wal al in november 2022 een brief waarin zij een GVE-norm van 2,3 melkoeien per hectare nodig noemen. Voor die brief, zie link. Adema komt in zijn laatste dagen met een nutteloze graslandnorm voor Sint Juttemis waar we niets mee opschieten. Minder dan een fooi. Eerder een politieke tijdbom voor zijn opvolger, omdat die kan worden aangesproken op deze uitspraak. Bovendien laat hij de megakippen- en varkensstallen ongemoeid. Als dit is bedoeld als zijn politiek testament, dan gaan we dit testament beslist weigeren. Adema moet er rekening mee houden dat hij in de archiefmapjes ’naïef’ en ’tijdverlies’ terecht gaat komen. Helaas. Zie ook mijn eerdere artikel w-ja.nl/ademas-stikstofplan-turbokoe-aan-de-pil/ 

2. Jan Douwe van der Ploeg, ‘Gesloten vanwege Stikstof’
Van der Ploeg werkt al decennia als onderzoeker in de agro-wereld. Hij weet waar hij over praat. Hij schrijft een toegankelijk boek over de rol van stikstof in het boerenbedrijf, zowel in positieve zin (productiemiddel) als in negatieve zin (natuurschade). De lezer wordt verteld dat grote verschillen bestaan tussen boerenbedrijven. Dat het boerenbedrijfsleven apart gezien moet worden van de agrolobby. En hoe de Nederlandse ontwikkeling naar intensieve landbouw is gelopen. Rechtszaken en ecologie blijven grotendeels buiten beeld, wat in dit verhaal niet wordt gemist. Geen politiek boek, maar wel belangrijke kennis voor politieke besluiten. Overigens is wel de titel inmiddels achterhaald, al kon Van der Ploeg dat ten tijde van zijn schrijven niet voorzien. Stikstofvergunningen zijn steeds makkelijker te krijgen. Nederland zit niet meer op slot. Je moet er enkel wat moeite voor doen, en een zak geld meebrengen. Zie hiervoor punt 5. over de A15-uitspraak.

3. Een nieuwe LTO-voorzitter
Met de nieuwe voorzitter – een voormalig lid van de Tweede Kamer – heeft LTO definitief de rug naar de toekomst gekeerd. Het aardige van de Tweede Kamer is dat alle gesproken teksten woordelijk zijn terug te vinden op internet. Zie de bijdrage van dhr. Koopmans als CDA-woordvoerder in de debatten over de Wet geurhinder en veehouderij in 2006. Hierbij de aantekening dat binnen het CDA de agro-woordvoerders de handen altijd verregaand vrij hebben gehad, onder meer omdat de rest van de fractie nauwelijks kennis van zaken heeft van c.q. niemand aandacht had voor agro-mlieubeleid. In 2006 hadden Koopmans met Oplaat (VVD), Van den Brink (LPF) en Schreijer-Pierik (CDA) – allen uit de veehouderij – de politieke teugels loeistrak vast, en hebben dat schandalig misbruikt.

De Koopmans-inbreng over stankhinder: in de wet moet worden vastgelegd dat alle bewoners in het buitengebied – dat zijn vele honderdduizenden mensen – extreme stankhinder van veehouderij moeten accepteren, overeenkomend met een stankbelasting van 35 Ou/m3. Ter vergelijking: voor reguliere (niet-veehouderij) industrie geldt een stankbelasting boven de 5 Ou/m3 als een saneringssituatie. Het Tweede Kamer-debat over de behandeling van de Wet geurhinder en veehouderij is gevoerd op kroegpraat-niveau waarbij de Kamerleden tegen elkaar opbieden over de onzin van bescherming tegen stankhinder. Voor de debatverslagen uit 2006, zie link en link.

Het resultaat van een stankorm van 35 Ou/m3 zou zijn dat een vergunningaanvraag voor een varkensstal waardoor bij omwonenden extreme stankhinder zou optreden wettelijk verplicht niet geweigerd mag worden bij het vergunningenloket. Extreme stankhinder betekent concreet dat je niet meer in de tuin kan zitten vanwege de stank, je geen bezoek meer kan ontvangen, wasgoed dat buiten hangt naar mest ruikt, en niet meer met de open ramen geslapen kan worden. Voor de meer milieuwetenschappelijke invalshoek, zie tabel 6 (pag. 22) uit het RIVM rapport 2015-0106, link, en bijlage 7 uit de Handreiking geurhinder en veehouderij, link.

Ook is Koopmans natuurlijk bekend als initiatiefnemer van het PAS. Zowel de Wet geurhinder en veehouderij alsook het PAS zijn later door de rechter afgekeurd. Voor de rechtbank-uitspraak over de Wet geurhinder en veehouderij, zie link. De PAS-uitspraak zal de lezer wel bekend zijn. In zijn latere carrière is Koopmans in de problemen gekomen door de verdenking van belangenverstrengeling. Op één punt is ie uiterst kundig: problemen ontkennen en verantwoordelijkheid afschuiven. Het LTO kiest een gevaarlijke brokkenpiloot als voorzitter.

4. NPLG-gebiedsplannen
NPLG = Nationaal Programma Landelijk Gebied. De provinciale gebiedsplannen zijn in het politieke proces verreweg het belangrijkste vehikel in het stikstofdossier. In de provinciale gebiedsplannen moet alles samenkomen, waarbij iedere provincie zijn eigen gebiedsplan kan ontwikkelen. In de gebiedsplannen zou veel meer dan enkel stikstof worden aangepakt, en ook de veehouderij moeten worden hervormd. Feitelijk is het NPLG een reprise van de combinatie van het PAS, de Natura 2000 beheersplannen en de provinciale reconstructieplannen (Reconstructiewet 2002, landbouwontwikkelingsgebieden -LOG’s- enz.). Zoals bekend zijn het PAS en de reconstructieplannen faliekant mislukt. Die beleidsplannen hebben vele miljarden gekost en de natuurschade verder laten oplopen. 

Het actuele NPLG-proces loopt al sinds 2022. Ter herinnering: het kabinet heeft 25 miljard Euro gereserveerd om het stikstofprobleem aan te pakken, maar de provincies claimden tezamen een bedrag van meer dan 50 miljard toen ze hun concept-gebiedsplannen indienden. Een dans om miljarden Euro’s.    
De politieke en ambtelijke machines ploegen intussen voort. In januari 2024 is een ontwerp-NPLG ter inzage gelegd. Ondergetekende heeft zienswijzen ingediend namens MOB en vereniging Leefmilieu met als belangrijkste punt dat onderzocht moet worden waarom het PAS en de reconstructieplannen zijn mislukt voordat vervolgstappen in het NPLG kunnen worden gemaakt. Anders worden gegarandeerd dezelfde fouten herhaald als toen. Voor de zienswijzen, zie link. Voor het ontwerp-NPLG, zie link.

5. De A15-uitspraak van de Raad van State
De punten 5-9 behandelen een serie uiteenlopende rechtszaken over stikstof. Nu eerst de belangrijkste rechtszaak, over de A15. De A15 is het plan voor de aanleg van een verkeersknooppunt bij Zevenaar, met onder meer een brug dwars door Natura 2000-gebied de Rijntakken. Hiermee wordt extra verkeer mogelijk en daarmee ook extra stikstofdeposities. Die extra deposities worden enkel deels gemitigeerd door (stok)oude stikstofvergunningen van veebedrijven in te trekken. Voor de depositietoename die niet wordt gemitigeerd is op verzoek van de minister een rapport (passende beoordeling) opgesteld waarin wordt gezegd dat die extra deposities geen nadelige gevolgen zullen hebben voor de beschermde N2000-ecologie. Voor het besluitdossier, zie link

Cynisch bekeken kan gezegd worden dat de Raad van State met de A15-uitspraak een goudmijn heeft geopend voor commerciële adviesbureaus. De Arcadissen, Haskonings en Tauws van deze wereld. Gegarandeerd hebben alle milieu-adviesbureaus de A15-uitspraak met rode oortjes zitten lezen om te zien hoe ze een rapport moeten schrijven over een toename van stikstof die bij de Raad van State overeind blijft. Vergunningen voor stikstoftoenames zijn te koop bij commerciële adviesbureaus. Met deze uitspraak is Nederland definitief van het slot.

De medewerkers van deze bureau’s geven geen blijk van een interesse in de natuur. Het gaat eenvoudigweg om consultancywerk. De intellectuele uitdaging die mensen beweegt om dit werk te doen lijkt niet te zijn gelegen in het ontdekken van de werking van bijzondere lokale ecosystemen. De uitdaging van dit werk is het managen van de belangen en wensen van opdrachtgevers, met daaraan verbonden het schrijven en praten in de taal die daarbij aansluit. Dat is fnuikend voor de beoogde werking van de passende beoordelingen. Waar passende beoordelingen nieuwe inzichten over de natuur zouden moeten opleveren, betaald door het bedrijfsleven en waarmee een steeds hoger niveau van kennis wordt opgebouwd, gaat het nu in de praktijk hoofdzakelijk om overschrijven met als enige doel een rapport opstellen dat overeind blijft bij de rechter.

Aan de A15-uitspraak ging nog de Porthos-uitspraak van de Raad van State vooraf, die ook al een stikstofdepositietoename toeliet, zelfs zonder een passende beoordeling naar middels een voortoets. De mensen die zowel het inhoudelijke alsook het formele verschil tussen een voortoets en een passende beoordeling kennen zijn zeldzaam. Dit onderscheid laat ik hier nu onbesproken omdat het hier niet direct relevant is. Waar het hier nu enkel om gaat is de vraag wat nodig is om een vergunning voor stikstofdepositietoename goedgekeurd te krijgen.

Ook bij de Porthos-zaak was een rapport ingebracht waarin werd gezegd dat extra stikstof geen kwaad kan. Toen kon nog worden gedacht dat het een bijzondere zaak was omdat het om een beperkte depositie ging voor maximaal 2 jaar : enkel de aanlegfase. Bij de A15-vergunning gaat het over fors hogere deposities dan in het Porthos-project, en deposities voor onbepaalde tijd. Maar de Raad van State trekt de lijn van de Porthos-uitspraak ongewijzigd door, afgezien van het genoemde onderscheid tussen de voortoets en de passende beoordeling.

Hierbij nog wat context bij stikstofvergunningverleningprocedures. Nederland heeft nooit serieus op slot gezeten vanwege stikstof. Of vooruit, misschien tot ergens in 2020. Vanaf 2020 worden geleidelijk steeds meer projecten met stikstofemissies toegelaten. Daarvoor zijn verschillende trucs toepasbaar, waaronder een rekensom met de uitkomst dat de stikstofneerslag ten opzichte van de referentiesituatie niet toeneemt. Bijvoorbeeld, als je de deposities in de referentiesituatie maar genoeg opblaast tot het depositieniveau van de vergunningaanvraag dan is het stikstofverhaal rond. En omdat in januari 2021 intern salderen bovendien vergunningvrij bleek te zijn geworden (zie de Logtsebaan-uitspraak, zie link) hoefde je zelfs voor die rekensom niet meer langs het vergunningenloket. Sommige vergunningaanvragers doorliepen dan nog wel een besluittraject om een positieve weigering c.q. spookvergunning te verkrijgen, in de hoop dat dat meer rechtszekerheid zou geven. Zie hierover mijn eerdere artikel w-ja.nl/opgelet-spookvergunningen/ 

Maar ook als de projectdeposities per saldo middels intern salderen niet onder de nul waren te drukken dan kon nog middels extern salderen (vergunninghandel) een stikstofvergunning worden verkregen. De depositietoename streep je dan weg tegen de deposities van de gekochte vergunning. Het stuwmeer aan latente ruimte – papieren emisssies, die niet meer worden benut – maakt veel mogelijk.
Met de A15-uitspraak is nu het laatste serieuze obstakel weggenomen. Betaal Arcadis – zeg – 50.000 Euro en je krijgt een keurig rapport waarin gezegd wordt dat extra stikstof op zwaar overbelaste gebieden geen negatief ecologisch gevolg heeft. En met AI kunnen die rapporten wellicht al snel tegen dumpprijzen te koop worden aangeboden. Deze uitspraak heeft bovendien als mogelijk gevolg dat extern salderen in veel gevallen overbodig wordt om een depositietoename vergund te krijgen. De prijs van stikstofvergunningen gaat waarschijnlijk stevig omlaag.

Wie de A15-uitspraak erbij pakt – zie link – zal kunnen lezen dat door eisers-appellanten de best mogelijke contra-expertise van vooraanstaande wetenschappers is ingebracht om de stellingname van de minister in de passende beoordeling te weerleggen. Hierop is de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak (StAB) door de rechter om advies gevraagd om de ingebrachte rapporten te beoordelen. De adviseur van de Raad van State kraakt kritische noten over het rapport van de minister. Het einde van het liedje is dat zowel zware wetenschappelijke kritiek van onze beste stikstofwetenschappers en een negatief advies van de adviseur van de Raad van State onvoldoende is om het rapport van de minister af te laten keuren. De lat voor goedkeuring van een passende beoordeling ligt laag. De A15-uitspraak van de Raad van State heeft tot gevolg dat stikstofvergunningen koopwaar zijn geworden, waar niemand beter van wordt behalve commerciële adviesbureaus.

Stikstof is nu grotendeels juridisch gecastreerd, zoals dat eerder ook met fijnstof, stank, geluid enz. is gebeurd, zonder dat het probleem zelf is aangepakt. Laat een rapport schrijven dat er een beetje serieus uitziet, en je krijgt je vergunning. De grote witmaker hierbij is een norm stellen waaraan makkelijk te voldoen is.

Een serieuze stikstofreductie is bijna 5 jaar na de PAS-uitspraak nog steeds ver weg. De natuurschade door stikstof woekert voort. De noodzakelijke en onvermijdelijke krimp van de veestapel is niet concreet in beeld. Tot nu toe zijn enkel wat schijnbewegingen gemaakt om het ecologische probleem serieus op te lossen. Het NPLG en de provinciale gebiedsplannen zijn tot nu toe weinig meer dan onzekere schetsen. Sommige provincies laten het zelfs totaal afweten. De regering, Tweede Kamer en de provincies houden elkaar hierbij gegijzeld in een miljardendans ter bekostiging van de gebiedsplannen. En ook die gijzeling is weer gegijzeld vanwege het afgetreden demissionaire kabinet. Waarin Adema een noodsprong maakt door in zijn nadagen iets te roepen over een graslandnorm van 3 koeien per hectare in 2032, waar rond de 2 koeien per hectare op korte termijn nodig is. Nu de Raad van State met de A15-uitspraak de vergunningverlening definitief heeft gereduceerd tot een kaartje kopen bij een adviesbureau zijn we afgezakt naar ieder voor zich en God voor ons allen. Het is ‘ze’ dan toch nog redelijk vlot gelukt om het juridisch knelpunt weg te poetsen zonder ook het ecologische probleem op te lossen. Dat lijkt mij niet iets om blij van te worden. Wel ontnuchterend. En een uitstekende recept om alle naïviteit kwijt te raken.

Ondertussen hebben we niet alleen een ecologisch stikstofprobleem. Er speelt veel meer, waaronder een mestprobleem. De recente weigering van de Nederlandse derogatie door de Europese Commissie zet ook een stevige klem op de veehouderij. De derogatie was een Nederlandse uitzondering om meer mest uit te mogen rijden. Daar staat nu een streep door. Dat maakt maatregelen noodzakelijk om de mestproductie te beperken. En dat doe je door het aantal dieren te beperken, wat ook weer effect heeft op de stikstofemissies. Kortom, linksom of rechtsom gaat er uiteindelijk onvermijdelijk wat schuiven, ook nu de mythe ‘Nederland op slot’ is doorgeprikt.

6. De rechtszaak over stikstof bij de renovatie van het Binnenhof   
Geen misverstand, de stikstofdeposities als gevolg van de verbouwing van het Binnenhof zijn geen hoofdzaak, maar wel een voorbeeldzaak van de eerste orde. Indien zelfs smokkelwerk mogelijk is in de stikstofbeoordeling bij de renovatie van onze nationale regeringsgebouwen dan houden we elkaar compleet voor gek. Andermaal, geen misverstand: de renovatie van het Binnenhof is belangrijk. Hoe minder uitstel hoe beter. Dus geen juridische spelletjes spelen met de Binnenhof-renovatie.

Feit is dat met de verbouwing extra stikstofdeposities optreden bij het Natura-gebied Meijendel en Berkheide. Hierboven is bij de A15-uitspraak al uitgelegd dat met een passende beoordelingsrapport een vergunning gekocht kan worden. Dit is ook bij de Binnenhofvergunning gedaan. 
Maar er is ook goed nieuws. Er lijkt serieus werk te worden gemaakt van elektrisch bouwmateriaal. Wie de bouwlocatie bezoekt kan daar veel elektrische voertuigen zien rijden. Maar hiermee is het verhaal toch niet klaar. Er is enkel een vergunning verleend voor de renovatie tot 2028 en niet ook voor het gebruik van het Binnenhof. En, de juridische borging is waardeloos. De vergunning is nu zo opgesteld dat je maar op de blauwe ogen van de minister moet geloven dat niet wordt gesmokkeld. Voor wie het beroepschrift tegen de vergunning wil lezen, zie link. Wordt vervolgd.

7. Een valse PAS-melder uit Reeuwijk
Er was eens … een veehouder in Reeuwijk die een grote varkensstal wilde bouwen. Dat deed ie voordat ie de zekerheid had dat dat kon. Hij nam een risico en gokte mis, want de verleende vergunning werd door de rechter afgekeurd. Zijn nieuwe stal was daarmee illegaal. Dit gebeurde in 2014, kortom voordat het Programma Aanpak Stikstof (PAS) van kracht werd. Met het PAS dacht ie de dans te kunnen ontspringen door in 2015 een PAS-melding in te dienen. Maar die vlieger ging opnieuw niet op, want ook de PAS-melding werd afgekeurd. Toen werd in 2019 door de toenmalige minister van LNV plechtig beloofd dat PAS-melders zullen worden gelegaliseerd omdat ze te goeder trouw zouden zijn. Maar dat is nu precies wat mist bij deze Reeuwijkse veehouder. Hij had de stal al staan voordat ie een PAS-melding indiende.

Ondertussen liep ook een verzoek om handhaving tegen de illegale stal bij het Zuid-Hollandse provinciebestuur. Dit provinciebestuur heeft in 10 jaar tijd al vier keer ongelijk gekregen bij de bestuurrechter met de weigering handhavend op te treden. Bij de recente vijfde weigering bedient het Zuid-Hollandse provinciebestuur zich inmiddels van rechtsontwijking en rechtsvandalisme. Momenteel loopt een nieuwe rechtszaak over het 5e besluit op bezwaar. In tien jaar tijd zijn in totaal ca. 10 rechtszaken over deze kwestie gevoerd. Wat is in vredesnaam het probleem met een illegale varkensstal tenminste te sluiten totdat over de wettelijk vereiste vergunning wordt beschikt? Wat doet het Zuid-Hollandse provinciebestuur rechtsvandalisme plegen om een illegale varkensstal in bedrijf te houden? Dit is bovendien geen incident. De rechtsbescherming bij handhaving van het omgevingsrecht is een drama. Voor wie meer wil lezen over het rechtsbeschermingstekort, zie link. In die notitie wordt beschreven dat het jaren kan duren voordat je een onwillig gemeente- of provinciebestuur een beetje in beweging kan krijgen. Geen politcus die hier wat aan doet. Er lopen veel weeskinderen rond in de politiek.

Voor meer verhaal over de kwestie van de Reeuwijkse PAS-melder, zie mijn eerdere artikel w-ja.nl/wetshandhaving-bij-valse-pas-melders/ 

8. Civiele rechtszaak over stikstof
We hebben een grote rechtszaak over het PAS gehad bij de Raad van State, met daarbij enkele honderden kleinere rechtszaken over met name veehouderij. We hebben een grote rechtszaak van Urgenda gehad over het klimaatbeleid van de Nederlandse regering. We hebben een grote rechtszaak van Milieudefensie over het klimaatbeleid van Shell, die nog gaande is. En dan verzint Greenpeace het om ook een civiele rechtszaak te gaan voeren over stikstof. Is dit een goed idee?

Stikstof staat tot nu toe enkel op de politieke agenda dankzij de combinatie ecologische wetenschap en de rechtsstaat. Het ecologische wetenschapsonderzoek naar stikstofschade is inmiddels al minstens vijftig oud, en de Europese Habitartichtlijn 25 jaar oud. Deze twee factoren hebben geleid tot de PAS-uitspraak, juist omdat ecologie in het politieke en maatschappelijke debat een politiek weeskind is. Daarbij heeft de agrolobby het politieke podium vrijwel helemaal voor zich alleen. Het antwoord van natuurorganisaties op het tractorkabaal is een oorverdovende stilte geweest. De bizarre ontkenningen in boerenkringen van de ecologische schade krijgt nauwelijks tegenspraak. De geboden ruimte in de media om daderschap om te draaien naar slachtofferschap is maximaal. De oorzaak van natuurschade door stikstof is toch werkelijk de bizarre veedichtheid in Nederland, en niet de stikstofgevoeligheid van natuur. Je hoort de bossen, veengebieden, duinen en hooilanden al bijna sorrie zeggen dat ze bestaan. Als je lang genoeg in bepaalde boerenkringen verkeert ga je vanzelf de bossen, veengebieden, duinen en hooilanden van alles de schuld geven. In elke TV-rapportage zie je weer een veehouder – liefst met een kind op de arm of op een speelgoedtractor – die onweersproken hun onbegrip vrij baan mag geven. Wat trouwens in schril contrast staat met een Schiphol, een Tatasteel en een NAM die terecht weinig ruimte krijgen voor een slachtofferclaim.

En wat doen ondertussen de werkelijke probleemeigenaren van ecologische stikstofschade? De natuurbeheerders vereniging Natuurmonumenten en provinciale landschappen? Ze staan erbij en kijken er naar. Nou ja, een enkele keer dan toch een boswachter die mag zeggen dat er toch heus wat gedaan moet worden. Anders gezegd: het werkelijke en enorme probleem is een dramatisch laag maatschappelijk draagvlak voor noodzakelijke natuurzorg in Nederland. Dit is niet enkel een regeringsprobleem, maar een breed maatschappelijk probleem.

Als Greenpeace dan werkelijk iets wil betekenen, start dan serieus en uitdagend maatschappelijk debat. Stel ter discussie in een langlopende campagne dat wij in Nederland geweldig tekort schieten in de minimaal noodzakelijke natuurzorg. Dat dit een brede maatschappelijke verantwoordelijkheid is, en niet enkel een verantwoordelijkheid van het openbaar bestuur. Dat dit niet alleen over stikstof gaat, maar ook over waterhuishouding, bestrijdingsmiddelen, recreatie en versnippering. Zoek daarin de juiste toon, wat zeker niet makkelijk zal zijn. Blijf ver weg van zeurtonen of betweterigheid. Maak het schrille contrast zichtbaar tussen mooie woorden en collectieve nalatigheid. Gebruik charme en hunor. En maak geen valse versimpeling van volk versus vervuilers. Maak zichtbaar de valse tegenstelling tussen mensen en natuur. Grijp vereniging Natuurmonumenten en Stichitng Landschappen bij de lurven en maak dat ze nu eindelijk een serieuze rol pakken. Als de grote NGO’s hun bestaansrecht willen behouden dan hadden zij al lang in beweging moeten zijn gekomen. Zo lang dit publieke debat niet wordt gevoerd en veehouders onweersproken hun slachtofferrol kunnen blijven uitspelen gaat er weinig veranderen in Nederland. Daar gaat geen rechtszaak iets aan veranderen.

Terug naar de rechtszaak van Greenpeace over stikstof. Een rechtszaak kan ook verloren worden, en dan ben je nog verder van huis. En zelfs als de zaak wel bij de rechtbank wordt gewonnen, dan volgt hoger beroep bij het gerechtshof. En mogelijk cassatie bij de Hoge Raad. De rechtszaak van Urgenda over klimaatbeleid is begonnen in 2012. In 2019 heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in de Urgenda-zaak. Greenpeace staat met zijn rechtszaak aan het begin van de procedure. Reken maar uit: 2024 + 7 jaar maakt 2031. Als de rechtszaak al bij de rechtbank zou worden gewonnen dan zullen de geesten niet plotseling rijp zijn gemaakt voor vergaande maatregelen. Dan zal er wat medianieuws zijn en vervolgens de bekende klaagzang van politici over de rechter die zich met de politiek bemoeit. We hebben immers een verontrustend groot aantal politici rondlopen die niet willen begrijpen dat we in een rechtsstaat leven.  

Het publieke debat over natuur is in alle gevallen dringend noodzakelijk. Trek tenminste ook het initiatief naar je toe in het publieke en politieke debat in plaats van enkel een achterhoedestrijd te leveren middels deze rechtszaak.

Greenpeace heeft kritiek op de regering, en wenst dat daar wat mee wordt gedaan. Wat doet Greenpeace zelf met kritiek?

9. Honderden rechtszaken: boeren tegen de natuur 
De kwestie is in essentie redelijk simpel. De meeste Natura 2000-gebieden hebben tussen 1994 en 2004 wettelijk bescherming gekregen omdat binnen die gebieden specifieke natuurwaarden (natuurtypen of leefgebieden van soorten) aanwezig zijn. Nu is dit uiteraard nooit volledig een zwart-wit beoordeling. Valt een ecologische leefgemeenschap nu onder type A of B? Is een natuurtype – soms ook maar een klein perceel omringd door andere natuurtypen – nu wel of niet aantoonbaar aanwezig? Dit in de omstandigheid dat natuur ook dynamiek kent (opeenvolgende ontwikkelingsstadia, vaak met als eindstadium een bosvariant). Dat veel natuurtypen in de Nederlandse situatie stevig onder druk staan door – vaak meerdere – schadefactoren maakt de classifcatie ook niet makkelijker. Hierbij moet bovendien worden genoemd dat veel ecologische data verspreid beschikbaar is. Planten en dieren hebben – gelukkig – niet allemaal een nummerplaat.

Op basis van eigen controle-onderzoek moest de minister van LNV vaststellen dat ten tijde van de selectie van de Natura 2000 gebieden tussen 1994 en 2004 natuurtypen over het hoofd zijn gezien. Daarop heeft de toenmalige LNV-minister in 2018 een ontwerpbesluit ‘Aanwezige Waarden’ opgesteld om de ontbrekende natuurwaarden alsnog mee te nemen. Zie link. Deze minister miste vervolgens de moed om na de PAS-uitspraak van 2019 het Besluit Aanwezige Waarden ook definitief te maken. Minister Van der Wal heeft het besluit in 2022 alsnog definitief gemaakt. Hierop zijn honderden beroepen tegen dit besluit ingesteld, vrijwel allemaal door veehouders. Het zijn beroepen tegen natuurwaarden die er in principe altijd zijn geweest binnen de bestaande Natura 2000 grenzen. Dat betekent dat aan het beschermingsbeleid weinig verandert. Klein bier. Voor het procesdossier, zie link.

In een groot deel van die rechtszaken treedt Wösten juridisch advies op namens vereniging Leefmilieu als derdebelanghebbende. Mijn observatie en samenvatting: een grote stroom emoties van mensen die nauwelijks begrijpen waar het besluit over gaat. De meesten doen het zonder juridisch advies, op basis van een rondgemailde standaardtekst. Het is één grote parade van wantrouwen bij alles waar het woord stikstof in voorkomt, verpakt in antinatuur-retoriek en wat uitpakt als een zware last op de rechterlijke organisatie. In elk afzonderlijke rechtszaak moeten een dossier worden aangelegd, de feiten op een rijtje worden gezet, een rechtszitting georganiseerd en uitspraak worden gedaan. 
Hier komt nog bij dat de rechtbanken in 2022 een onhandige keuze hebben gemaakt door elke rechtbank enkel de rechtszaken uit het eigen rechtsdistrict te laten behandelen. Dit betekent dat alle 11 rechtbank tientallen tot meer dan honderd rechtszaken moeten behandelen, die landelijk weinig van elkaar verschillen. Over deze keuze wordt binnen en buiten de rechtbanken veel gemopperd. De Algemene wet bestuursrecht biedt nadrukkelijk de mogelijkheid om alle zaken wel tezamen door één rechtbank te laten behandelen. 

Tot nu toe is deze collectieve manifestatie van ongericht en destructief wantrouwen niet serieus door de media en politiek opgepakt. Juist bij deze zaak wordt het ongerichte wantrouwen van de boeren zichtbaar. Voor zover er wel in de pers over deze rechtszaken is gepubliceerd, het zijn oppervlakkige stukjes waarin opniew ruim baan wordt geboden voor de misplaatste slachtofferclaim van de boeren. Nergens ook een kritische beschouwing, alsof het volstrekt normaal is om maatregelen tegen zieltogende natuur massaal aan te vechten. En Vereniging Natuurmonumenten of Greenpeace? Compleet afwezig. Juist deze organisaties zouden hier een belangrijke rol moeten pakken. Maak zichtbaar wat hier gebeurt ! Ga ook het gesprek aan met deze boeren. Vaak aardige mensen, maar compleet bevangen door diep collectief wantrouwen. Maak zichtbaar dat planten en dieren leefgemeenschappen zijn die zorg en respect voor hun territorium nodig hebben, en dat dit een harde voorwaarde is voor hun – maar ook ons eigen – voortbestaan. Herhaling, herhaling. En breng nu eindelijk dat landbouwonderwijs eens op orde. Boeren exploiteren tweederde deel van het Nederlands grondgebied, maar manifesteren daarbij een gevaarlijke onkunde van ecologie. Het verhaal van deze boeren hoort domweg niet thuis in de rechtszaal, maar in de kranten, onderwijs en onderzoek.

10. Het NSC, quo vadis?
Waar gaat het NSC – Nieuw Sociaal Contract – heen? Harm Holman en Rosanne Hertzberger zijn beiden NSC-woordvoerder in het stikstofdossier. Holman heeft een achtergrond als extensieve melkveehouder, gecombineerd met lokaal bestuurswerk. Hij kent de praktijk van de veehouderij en lijkt voorzichtig een weg te zoeken naar realistische hervorming van de veehouderij.

Hertzberger komt als micro-bioloog van de Vrije Universiteit. Zij laat zich tot nu toe enkel horen als een bron van scepsis over de bestaande stikstofbeoordelingmethodes, die overigens hun oorsprong vinden in werk van haar collega-onderzoekers van de Wageningen Universiteit. Zij geeft tot nu toe vooral voedsel aan twijfels over de noodzaak van maatregelen. Op een serieuze erkenning van de ernst van de natuurschade is zij tot nu toe niet te betrappen geweest. Valt zij het werk af van haar collega-biologen over de ernst van de stikstofschade? Zij werpt zich vol overgave in een fundamentele strijd tegen het stikstofrekenmodel Aerius. Maar wat schiet je daar politiek mee op? Dat rekenmodellen beperkingen hebben geldt voor alle rekenmoddelen. Gaat zij ook de strijd aan met het discutabele rekenmodel V-Stacks en normstelling in de Wet geurhinder en veehouderij dat – wettelijk verplicht – moet worden gebruikt bij vergunning voor veehouderijstank? In die wet zit een veel groter schandaal. Gaat zij ook de akoestische rekenmodellen op tekortkomingen doorlichten? Ziet zij dan niet dat het Aerius-rekenmodel in de eerste plaats de boodschapper is van het slechte nieuws, en niet de oorzaak? En dat met haar kruistocht tegen het Aerius-rekenmodel geen zinnig politiek doel wordt gediend? Te meer niet nu er geen serieus slot meer op vergunningverlening zit. Zie punt 5.

Zij schrijft over zichzelf dat ze betrouwbaarheid, eerlijkheid en integriteit heel belangrijk vindt. En ook dat er minder vanuit algoritmes, data en harde wetenschap zou moeten worden gedacht, en meer vanuit de waarde die we aan zaken hechten. Zie link. Ik heb nog niet mogen ontdekken hoe ze een en ander combineert. Of spelen Holman en Hertzberger samen het spelletje good-cop-bad-cop? En zo ja, is dat dan een eerlijk spel?

Ter afsluiting

En dan ter afsluiting de weersvoorspelling. Opklaringen van de zure regen lijken pas ver voorbij 2030 te kunnen worden verwacht. Maar we kunnen wonderen ook niet uitsluiten. Het – onvermijdelijke – omslagpunt komt vaak onverwacht, de toekomst laat zich lastig voorspellen.

Over de koeien van minister Adema en ander stikstofnieuws